2020

Honig Soap koorlid Liesbeth de Kruif: jij moet even van het toneel, je valt uit de toon!

Het verhaal van Honig Soap koorlid Liesbeth de Kruif.
Door Ursulien van Berge-Bakkum

Een hele maand Honig Soap in de theaterzaal van broedplaats Hellema. Muziektheater op locatie. Overdag besloten voorstellingen voor de leerlingen van de groepen 7 en 8 van de Zaanse basisscholen. In de weekenden familievoorstellingen. De muziek onder leiding van Wim Veenhof met een koor van 34 leden. Maar er was ook corona. Mocht je wel met zoveel mensen zingen in een kleine zaal?

Het koor van Honig Soap is een projectkoor. Zelf zingt Liesbeth bij de COVZ (Christelijke Oratorium Vereniging Zaanstad).

“We hebben vier keer gerepeteerd, voornamelijk in het Zaantheater en op de steiger bij de Beatrixbrug. De meeste koorleden hebben steeds aan de Zaanse projecten van Wiske Sterringa en Bruun Kuijt meegewerkt, zoals Zaans Vuur, de Notenkraker, Mariamaria, Elif en Vivo. Deze keer stonden we niet lijfelijk op het toneel, maar op film. Dat was een heel andere ervaring. Zonder corona hadden we de hele maand opgetreden. Nu repeteerden we vier keer met elkaar. We kregen de liedjes op e-mailbestanden om thuis te oefenen. Dat zijn we wel gewend, bijvoorbeeld ook bij Vivo, toen was ik twee weken op vakantie en oefende ik mijn teksten op een Grieks strand.

Bij de laatste repetitie op het podium in het Zaantheater stonden alle liedjes op band en werden we gefilmd, uiteraard in passende kleding uit de zeventiger jaren. De kapster toverde bijpassende gepermanente krullenkoppen uit de hoge hoed. We kregen jasschorten van nylon en jurkjes van Trevira 2000 als echte huisvrouwen uit die tijd. Ik moest wel drie keer iets anders aan. Dan werd er geroepen: jij moet even van het toneel, je valt uit de toon!

Het koor als achtergrond op film tijdens de voorstelling vond ik een prima oplossing. Goed aangepast aan de coronamaatregelen. Hoe het toneelstuk precies in elkaar stak, zagen wij als koorleden pas bij de generale repetitie. Toen viel alles op zijn plaats. We moesten ons wel inhouden om (in verband met corona) niet mee te zingen.

De zeventiger jaren heb ik heel bewust en als heel divers meegemaakt, van mijn 15e schooljaar in Gelderland via au pair-tijd in het buitenland tot en met mijn eerste baantjes in Amsterdam. Ik zong natuurlijk de liedjes van ABBA mee en danste mee op de liedjes van Fame. Het waren tien jaren die vlogen hier voorbij in een uur tijd.

Zoals altijd heb ik genoten van het spel van Bruun Kuijt. Ergün Simsek, de Turkse gastarbeider, had een grappige rol. Ik wist niet, dat er in die tijd al veel Turkse arbeiders in de Zaanse fabrieken werkten. Ik woonde toen in Midden-Nederland, daar maakten wij net kennis met de eerste gastarbeiders uit Spanje en Italië.

Hoe de schoolkinderen deze voorstelling ervaren hebben, kan ik niet zo goed peilen. Misschien hadden ze achteraf hier en daar nog wat uitleg nodig? Maar het was zeker een vrolijke en grappige voorstelling.”

 

Reacties

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *