1951

Ziekentriduüm.

Het verhaal van Ursulien van Berge-Bakkum
Door Ursulien van Berge-Bakkum

In de kerk zaten we altijd op de tweede bank. Op rij één zaten de kerkmeesters. De hele bank was vol als onze familie naar de kerk ging. Moeder ging meestal naar de vroegmis.

Pa zat lang op het kerkkoor, maar door zijn drukke werkzaamheden kon hij de koorrepetities niet meer bijwonen. Vanaf de tweede bank zong hij wel dapper mee, maar altijd net even een halve maat vooruit, tot onze grote ergernis. Hij is wel heel lang collectant gebleven.

Vader werkte altijd heel hard, hij had meer dan één baan. Tijdens de kerkdienst kwam de vermoeidheid eruit. Onder de preek viel hij steevast in slaap, dat bleef niet onopgemerkt, want hij snurkte soms zo hard dat het op de preekstoel te horen was.

Als het Vasten was (de veertig daagse voorbereiding op Pasen) kregen we op school een kleurplaat met veertig vakjes. Het was een sport om elke dag naar de kerk te gaan, want dan kon je een volle kaart inleveren bij de hoofdmeester en kreeg je als beloning een prachtige kleurplaat van Jezus. We hadden een vastentrommeltje, waarin we de traktaties bewaarden. Dat mochten we op zondag leeg eten.

Eens per jaar was er nog een heel bijzondere activiteit in de kerk. Het ziekentriduüm.

De helft van de banken werd uit de kerk gesloopt en buiten gezet.

Die plekken werden opgevuld met bedden, brancards en rolstoelen. Uit alle hoeken en gaten van de parochie werden de zieken, behoeftigen en bejaarden naar de kerk gesleept.

Drie dagen lang bidden, de mis bijwonen en zingen, de kerk was een dependance van het ziekenhuis.

Verpleegsters en vrijwilligers liepen af en aan met urinalen en ondersteken. Iedere middag was er een processie in de kerk met bruidjes. Wij hebben daar nooit aan meegedaan.

Ondanks onze onwankelbare trouw aan de kerk kregen we geen voorrechten, niet van de kerk en niet op de katholieke school.

Mijn broers werden niet uitgenodigd om misdienaar te worden. Mijn zusjes en ik, mochten geen bruidje zijn bij de processies en andere activiteiten, waarschijnlijk omdat onze bruidsjurkjes niet wit genoeg waren. Ik heb dat nooit begrepen. Een uitzondering was mijn verjaardag, Maria Lichtmis. We kregen allemaal een kaars en mochten met brandende kaarsen in processie door de kerk. Jarenlang heb ik serieus beweerd, dat dit mijn mooiste cadeau was.

Reacties

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *