1959

Dinie Bakker: Analiste

Het verhaal van Dinie Bakker, verteld in een interview met Wil Gabriel
Door Ursulien van Berge-Bakkum

Dat was allemaal zelfwerkzaamheid. Alles was zelfwerkzaamheid. 

“Ik werkte bij Verkade van 1959 tot 1968. Aanvankelijk werd ik aangenomen als analiste op het analytisch laboratorium door juffrouw Harmsen. We noemden haar altijd ‘JH’. Daar heb ik mijn opleiding afgemaakt, ook de school. Ik heb mijn diploma gehaald. Later heb ik ’s avonds, één avond in de week, bij Verkade in het laboratorium analyses mogen doen.

Toentertijd heette dat het ‘tweede deel’ en dat heb ik ook gehaald. Ik geloof, dat dat in 1963 was. Toen ik dat diploma had, ben ik van de analytische afdeling naar de researchafdeling gegaan en werkte ik samen met de mensen die de instrumenten maakten. Heel veel aan de gaschromotograaf gedaan en ook aan de dunnelaagchromatografie.

Waar toen ook niets voor was en waar meneer Gerrit Kool nog zo’n prachtig ‘glijertje’ voor heeft gemaakt van koper. Dat moesten we vullen met sillicageoplossing en dan werd dat prachtig op een glazen plaatje gebracht. Dat was allemaal zelfwerkzaamheid. Alles was zelfwerkzaamheid.

We hadden leuke contacten in het lab. We organiseerden feestjes wanneer iemand een jubileum had. Dat was een hele toestand. Ter verfraaiing van de viering. En we maakten ook rekwisieten. We hebben hele ovens gemaakt van karton, treinen, van alles en nog wat en dat allemaal op de verdieping boven ons. Dat was de papierzolder van de waxinefabriek en daar hadden we ook een magazijn, daar konden we makkelijk komen. Daar konden we het allemaal klaarmaken.

We hadden karton van de waxinefabriek, dus dat ging prima. Ook schilderden we het meteen. We hebben hele draaiboeken gemaakt van de hele dag. Met foto’s en films, wat we dan gingen vertonen op de jubileumviering zelf.

Daarnaast werd er heel lang gerepeteerd op het lab. Ver van te voren kwamen we bij elkaar. We noteerden de onderwerpen:  wat maakte hij of zij? Wat deden ze in de vrije tijd?

Daar moesten liedjes bij, tekst en muziek. Bijvoorbeeld iemand van de padvinderij kreeg padvinderliedjes.

Sietse maakte de liedjes. Eerst waren het één of twee liedjes. Later was het bijna een heel cabaret. Via de elektronische afdeling regelden we versterkers en taperecorders.

We zongen tussen de middag als de jubilaris waar het omging er niet was. Er stond dan iemand op de uitkijk, als hij of zij terugkwam moesten we zorgen dat we weer op onze plaats zaten. Ik heb samen met mijn man Rob Duits afscheid genomen en wij hadden ook een prachtig feestje.”

Reacties

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *