1957

Gerrit Kool: instrumentmaker, glasblazer (of kerstballenblazer).

Het verhaal van Gerrit Kool, verteld in een interview met Wil Gabriel
Door Ursulien van Berge-Bakkum

Een gaschromotograaf, een luchtblaasapparaat, een blikkenplakmachine en nog veel meer.

“In 1957 kwam ik bij Verkade. Ik heb verschillende dingen gedaan op het gebied van metaal en al die dingen meer. Ook heb ik glasblazen gedaan. Dat was het vak waar ik bij het laboratorium enige ervaring mee had. Sommige collega’s hadden het over kerstballenblazer (grapje).Voor de rest heb ik daar met plezier gewerkt. Prettige collega’s gehad. Ik zou niet weten wat ik nog meer moet zeggen.

Ik kan wel iets vertellen over de plek van het lab. Dat was vlakbij de waxinefabriek. We hadden destijds geen last van de verbouwing. Het ging door zoals het moest.

We hebben veel dingen gemaakt, zoals de gaschromotograaf. Waterdampdoorlaatbaarheid met de www tikker. Dat ging altijd prima. We deden dat bij de papierfabriek aan de Oostzijde.

Af en toe kregen we een belletje dat hij verstopt was, dan haalden we hem helemaal uit elkaar en maakten hem schoon en dan ging ie weer. We hadden ook een luchtblaasapparaat waar we testjes mee deden. Dat was ons werk en het glasblazen ook.

We hadden apparatuur om de ranzigheid van olie en vetten te meten. Ventielslangetjes van fietsen vergingen door oxydatie. Met zuurstof testten wij hoe snel het vet achteruit ging. We maakten een lange ventielslang van neopreenrubber. Een ander ding was mallen maken voor de blikkenplakmachine, aanvankelijk werd dat allemaal met de hand geplakt. Belangrijk was, dat het papier werd vastgedrukt. Daar  maakten we schuimrubber rollen voor.

En we maakten elektronica: Een fototoestelbesturing voor niveaumeting van lijmbakjes, die moesten keurig op niveau blijven. Het papier werd gesneden met een ronddraaiend mes. Dat ging wel eens mis, hoewel het beveiligd was met schakelaars, dat de schakelaars naar beneden geplakt zaten, met de kap open. Zo is meneer Eggers met zijn arm heel lelijk met het mes in aanraking gekomen.

Later hadden we twee gebouwen waarin we werkten. Toen hadden we een analytisch lab. Er stonden daar nog een heleboel oude instrumenten, die staan er volgens mij nog. Een schudapparaat en een smeltbank.

Toen ik met pensioen ging hebben ze iets voor mij en mijn familie opgevoerd. Het was niet zo uitbundig als vroeger, dat ging er toen al een beetje vanaf. Maar ik heb een fantastische dag gehad. Ze hebben me toegesproken. Oude bekenden, zoals meneer Seder, die was er toen niet meer en meneer Meijer. Zij kwamen langs, zij waren ook uitgenodigd. Dat was fantastisch. Met toespraken en cadeaus. Het was grandioos.”

Reacties

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *