1940
Deel 3: Uit de puntige pen van Wim Swart.
Het verhaal van Wim Swart Door Externe Verhalenhaler
Bij gelegenheid schreef ik zo nu en dan stukjes over Zaankanters en hun streek in de jaren van de Duitse bezetting van ’40 – ’45. Ik hoefde me daar niet bovenmatig voor in te spannen. Tamelijk veel zat als herinnering en later verworven kennis in mijn hoofd. In geval van twijfel kon ik het gemakkelijk nazoeken. “Wanner kreeg je die belangstelling voor de oorlog?” vroeg een jonge collega eens. Een oprechte vraag. Zoiets zou hij ook kunnen vragen aan iemand, die de grootste voetbaldaden van Ruud Gullit kan opsommen of zich een paar jaar bezighoudt met het vergroten van het aantal Siamese katten. “Wanneer begon het?”
Bij mij dus op 10 mei 1940, de dag van de Duitse inval in Nederland. Toen was ik nog maar tien jaar, maar dat gaf niet. Oorlog dringt zich zo zeer op aan jong en oud, dat je er geen belangstelling voor hoeft te krijgen. Ze is er gewoon, iedere dag weer.
Het gezin waar ik uit voortkom, heeft betrekkelijk weinig meegemaakt. Zeker als je het vergelijkt met het lot van de Joden, de mensen in de concentratiekampen en de mensen in gebieden waar militair geweld werd gepleegd. En toch, in vijf oorlogsjaren heb ik meer angst en meer honger gehad, meer terreur en afgrijselijke dingen beleefd, dan in al die 45 jaar daarna. Toen ik vijftien was had ik voor een leven lang genoeg.
Deze week zag en hoorde ik op de tv een vrouw, die sprak over de ‘zogenaamde bevrijding’ en ook nog eens vroeg: “Bevrijding waarvan?” Ja, hoor vrijheid, blijheid, iedereen mag zeggen wat hij/zij wil. Ook daarvoor hebben in de oorlog miljoenen mensen het leven moeten verliezen. Maar van zulke lullepraat zakt mij de pantalon op de enkels.
Iemand moet geen enkele kennis van de oorlog bezitten of een volstrekt vertekend beeld van de werkelijkheid van nu hebben om te kunnen vragen: “Bevrijding waarvan?”. Van een van de gruwelijke stelsels die uitsluitend boosaardigen hebben kunnen bedenken. Zelfs in zijn bedoelingen school niets dat deugde. Zij waren oorlogszuchtig, onderdrukkend, terroristisch en vergeven van haat tegen de Joden. Niettemin kreeg het stelsel aanvankelijk miljoenen Duitsers achter zich in keurige vrije verkiezingen. De macht van Hitler was in het begin legitiemer, dan die van de latere communistische bonzen in Oost-Europa. Onderdrukking, onvrijheid, agressie en rassenvervolging zijn van alle tijden.
Daarom kun je nooit zeggen, dat zij zich niet zullen herhalen. En daarom blijft behoedzaamheid geboden.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!