1940 - 1945
Deel 3: Een geheime drukkerij van verzetskrant Trouw.
Het verhaal van Richard Nordemann Door Peta Steenis
“In de zomer van 1943 logeerde ik met mijn broer bij oma in Bergen. Naast het vliegveld van Bergen was het voetbalveld van Berdos. Op een dag waren we daar met vriendjes aan het voetballen. Er kwamen Engelse Spitfires, die op Duitse Messersmitz vliegtuigen begonnen te schieten. Wij wisten niet hoe snel we dekking moesten zoeken. Mijn broer verschool zich achter een doelpaal, de rest dook in een greppel. Plotseling riep een vriendje: “Ik ben getroffen”. Het bleek gelukkig een kikker te zijn, die op zijn been was gesprongen.
Aan de overkant van onze textielzaak had mijn vader een oude boerderij met een etalage gekocht waar o.a. meubels en (Jabo) vloerbedekking werden verkocht. Erachter stond een arbeiderswoning. Mijn vader gebruikte deze woning als kapokschuur. Hier werden oude veren matrassen overgestopt in 3-delige matrassen.
In de zomer van 1944 vlogen bijna dagelijks Amerikaanse ‘Vliegende forten’ over om Duitsland te bombarderen. Eén werd door de Duitse afweer bij IJmuiden geraakt. Het brandende vliegtuig kwam steeds lager boven Krommenie. Ik stond met enkele voor mij onbekende jongemannen achter onze winkel naast de katholieke kerk te kijken, toen één van de mannen een scherf tegen zijn hoofd kreeg en hevig bloedde. Het vliegtuig heeft een noodlanding gemaakt achter een stuk weg in Wormerveer. De piloot kwam daarbij om. De rest van de bemanning is met behulp van de Ondergrondse ontkomen. Ik ben nog naar het vliegtuig wezen kijken en zag dat de piloot half uit het raam hing en bekneld zat.
Later hoorde ik van mijn vader, dat op de zolder van de kapokschuur een geheime drukkerij van de verzetskrant Trouw zat. Daar kwamen de mij onbekende mannen vandaan. Dit verzetskrantje heb ik nog vaak met mijn oudere broer voor 8 uur ’s avonds rondgebracht.
Eind 1944 kwam de hongerwinter. We zagen dagelijks mensen langs de Provincialeweg trekken met karren, kinderwagens en oude fietsen om sieraden, linnengoed of andere kostbaarheden bij boeren tegen eten te ruilen. Op de Badhuislaan was de gaarkeuken, waar waterige aardappelsoep werd uitgedeeld. ’s Avonds zag je vaak nog mensen met een lepel de gamellen leegschrapen.
Lees verder: Deel 4: De hongerwinter en de bevrijding.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!