1974
Opeens woonden we in Utrecht.
Het verhaal van Malika Ouaalit Door Heleen van Waarden
De hereniging na vijf jaar in Utrecht.
Bijna negen was ze toen ze opeens in Nederland woonde. Haar vader was er al langer, werkte in Limburg in de mijnen. Hij had dat in Marokko ook gedaan. Toen een oom die in Frankrijk werkte op vakantie was in Marokko, vroeg haar moeder hem of hij haar en de kinderen mee wilde nemen naar Nederland. Ze hadden hun man en vader al vijf jaar niet gezien!
Via Frankrijk en familie in België kwamen ze in Utrecht. Haar vader werkte bij de NS. Zij stonden opeens voor zijn deur.
Het idee was: we gaan er met vakantie heen, we willen hem zien, maar toen ze er eenmaal waren, zijn ze gebleven. Voor Malika had het niet gehoeven, ze had het goed in Marokko, waar ze opgroeide tussen Franse en Joodse buren.
Ze ging in Utrecht naar een gewone school. Malika wilde graag verder leren, maar er volgden twee jaar huishoudschool. Vader vond: een meisje moet kunnen huishouden! En als ze vijftien was moest ze haar moeder met de, in Nederland geboren, kleine kinderen helpen.
Toen ze veertien was gingen ze naar Marokko op vakantie bij haar grootouders in het Berbergebied. Zij spraken Berbers. Er was geen elektriciteit en water moest je halen, maar Malika vond het er zo heerlijk, dat ze wilde blijven. Dat mocht! Toch kreeg ze na een jaar heimwee naar haar familie in Utrecht.
Aan het werk bij Galeries Modernes.
Terug in Utrecht hielp ze haar moeder, maar ze mocht ook werken en kwam terecht bij Galeries Modernes op de afdeling babyspullen en naaispullen, daar genoot ze van. Via haar werk in de winkel leerde ze haar man kennen en na haar huwelijk in 1974 gingen ze naar Krommenie.
Tolk bij de Vreemdelingenpolitie en de Rechtbank.
Toen begon ze met wat ze altijd gewild had: leren! Haar man vond het prima dat ze dat deed. Ze volgde een cursus voor tolk en hielp mensen bij de Vreemdelingenpolitie en de Rechtbank in Haarlem en Amsterdam.
Thuis had ze gezien hoe belangrijk het is de taal te spreken, zelf had ze na het Arabisch en Frans waarmee ze opgroeide, Nederlands en Berbers geleerd. Haar moeder leerde Nederlands van de Utrechtse buurvrouw (en was er later zelfs beter in dan haar vader).
Na geboorte van haar zoon werkte ze bij het buurthuis de Pelikaan en deed ze ondertussen de opleiding MBO sociaal cultureel werk. Vijfentwintig jaar werkte ze bij Welsaen. Toen dat stopte, is ze naar SWT in Krommenie gegaan. Daar werkt ze nog steeds.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!